Ik zie haar!
Ik zie haar zitten naast me op ons bankje achter het huis.
We hebben zojuist gewandeld met de opkomende ochtendzon in onze rug.
Woordeloos liepen we naast elkaar en genoten van het gezang van de vogels.
Ik zie haar, en voel een zacht briesje om ons heen dansen.
Oog in oog sta ik met een dapper koolmeesje.
Ik sta versteld van de vitaliteit, kracht en energie, van dit kleine gele, blauwe, zwarte vogeltje.
Hij tjilpt op een tak vlak bij de voedertafel die ik aan het bijvullen ben.